STROOMOPWAARTS OVER LEK EN NEDER-RIJN - STROOMAFWAARTS OVER IJSSEL
Om een beeld te geven van een tocht met een kajak over de Nederlandse rivieren is hieronder een gedeelte weergeven van de Kajaktocht door Nederland in 2006. Het is het gedeelte van de vertrekplaats Gorinchem naar de camping aan de Kleine Belterwijde in Belt Schutsloot, de Wieden. Aan het einde van het gedeelte is een nog een toegevoegde opmerking gemaakt over het schutten bij Sluis Driel.
Tekst gebaseerd op een gedeelte uit het boekje:
Kajaktocht door Nederland 2006
1000 km en dagtochten in het Friese merengebied
Stroomopwaarts naar de IJsselkop bij Arnhem
De kajaktocht naar het Friese merengebied begin ik vanaf Buiten de Dalempoort aan de rand van Gorinchem op woensdag 9 augustus. Voordat het Merwedekanaal opgevaren kan worden naar Vianen moet eerst geschut worden in de Jachtensluis in Gorinchem. Na de sluis vaar ik met gemengde gevoelens door de Oude Haven van Gorinchem. Langs het huis waar ik ben opgegroeid en nog lange tijd woonde. Het huis is verouderd, de omgeving gerestaureerd en opgeknapt. De plannen die er indertijd waren om de Haven te dempen en er een parkeerterrein van te maken zijn gelukkig niet doorgegaan. Nu zijn er aanmeerplaatsen voor pleziervaartuigen waar vooral in de zomermaanden dankbaar gebruik van wordt gemaakt.
Om even over half tien peddel ik Gorinchem uit richting Vianen. Tot Arkel over de Linge, om in Arkel over het verbindingskanaal naar het Merwedekanaal te varen. De ruim twintig kilometer vanaf Gorinchem naar Vianen, verlopen vlot. Om iets na half één ben ik bij de sluis in Vianen. Drie motorjachtjes die me een uurtje geleden voorbij voeren, liggen nog te wachten voor de sluis. Ze zijn op weg naar Amsterdam. Niet via de Vecht, maar over de Hollandse IJssel en de Amstel.
De lichte regen gaat over in dikkere druppels. Na twintig minuten stopt de regen. De weersvoorspelling voor vandaag is niet goed en niet slecht. Buien en een matige wind, in de middag draaiend van zuidwest naar noordwest. De temperatuur ligt rond de twintig graden. Eenmaal in de sluiskolk gaat het schutten vlot. De drie motorjachtjes varen naar de sluis aan de overkant in Vreeswijk. Zelf vaar ik stuurboord-uit de Lek op naar de sluis in Hagestein. De boten van de tegengestelde richting komen al snel de sluis uit. Alles bij elkaar is nog geen half uur later de sluis letterlijk achter de rug.
Ondanks een korte eetpauze na de sluis, peddel ik al om half vijf bij Beusichem. Langs de camping van de eerste overnachting vorig jaar. Het is nog vroeg en de volgende camping bij Maurik ligt gunstiger voor de etappe van de volgende dag naar Oosterbeek. Na het kruisen van het Amsterdam-Rijnkanaal bij Wijk bij Duurstede is het niet zo ver meer naar het Eiland van Maurik. Na de veerpont en na Wijk bij Duurstede gepasseerd te zijn komt een kanoër met een snelle peddelslag me tegemoet. De volgende dag in Oosterbeek wordt me tijdens een gesprek duidelijk dat dit bijna niemand anders geweest kan zijn dan een Zwitser die overnacht had in Oosterbeek en op weg was naar Rotterdam.
Het is behoorlijk druk op de camping bij Maurik. Er is gelukkig nog een plekje op nog geen tien meter van een strandje met een prachtig vergezicht op de stuw van Amerongen.
De volgende dag vertrek ik om half elf van de camping. Niet veel later is er een enorme plensbui. Samen met een temperatuur die niet veel hoger ligt dan vijftien graden begint de dag fris en nat. Om 12 uur zit de schut bij de sluis van Amerongen er op. Er staat weinig meewind en er is een merkbare tegenstroom. Enkele kilometers voor Rhenen is er tijd voor een pauze bij een strandje. Na Rhenen neemt de wind toe en staan er in korte tijd flinke golven op de Neder-Rijn.
Na drie kwartier wachten op twee binnenvaartschepen in dezelfde richting, verloopt het schutten in de sluis van Driel vlot. Wel is het even schrikken als de extra sluisdeuren in het midden van de sluiskolk, een paar meter voor me langzaam dichtgaan. Snel er doorheen. Bij de sluizen op de grotere wateren gaat het vooral om een zo snel mogelijke afhandeling van de binnenvaartschepen. De recreatievaart dient zich aan te passen. Na de sluis ligt de camping bij Oosterbeek niet ver weg.
's Avonds bekijk ik in de kantine van de camping de weersvoorspellingen op teletekst. De voorspellingen zijn niet best voor morgen. Regen tot in de morgen en buien in de middag. Bij de waterstanden wordt voor het waterpeil bij de IJsselkop een waterstand van circa acht meter gegeven op Teletekst. Dit betekent dat er een geringe tot matige waterafvoer via de IJssel zal lopen.
De regen in de morgen met de slechte weersvoorspelling voor de dag doet me besluiten om nog maar een dag in Oosterbeek te blijven. Tot een uur of twaalf regent het flink door, Een paar uur daarna breekt de bewolking, en komt de zon vaker te voorschijn. De buien voor de rest van de dag vallen mee.
Rond de IJsselkop
De volgende dag vroeg op om vroeg te kunnen vertrekken. Het is nog nevelig, maar de nevel verdwijnt langzaam maar gestadig. Om 9 uur zit ik compleet bepakt op het water. Jack aan, zwemvest erover, de peddeldrijver onder handbereik en de kaarten van het traject met aantekeningen voor me in een waterdichte hoes. Vooral de IJsselkop en de twintig kilometer na de IJsselkop zijn spannend. Het is een gedeelte waar er niets mis mag gaan.
Langs Arnhem tot de IJsselkop, is een kilometer of tien. Er staat een merkbare tegenstroom van 1 tot 2 kilometer. Bij de driesprong van de Neder-Rijn. Pannerdenskanaal en IJssel vaar ik een stukje stuurboord-uit, het kanaal op. Dit geeft beter zicht op het mogelijke scheepvaartverkeer. Daarna wordt het kanaal overgestoken en duik ik in sneltreinvaart een smalle doorgang in, waar een stroom van rond de 5 km mee staat. Dit gekanaliseerde eerste gedeelte van de waterloop van de IJssel heeft hoge walkanten van basaltblokken en stortsteen. In het rivierwater zitten allerlei wervelingen die het lastig maken de kajak goed op koers te houden. Het aantal binnenvaartschepen is beperkt en de schepen leveren geen problemen op. Na tien kilometer wordt het allemaal wat rustiger. De IJssel verbreedt zich. De walkanten worden lager en de stroming wordt minder sterk. Het stuk naar Het Zwarte Schaar, even voorbij Doesburg gaat snel.
Bij de ingang van de "dode arm" is het eerst tijd om wat te eten.'t Is nog vroeg in de middag. Verder kanoën of hier, een paar kilometer verderop in de voormalige rivierloop op de camping overnachten? De beperkte kampeermogelijkheden tot Deventer en de grote kans op buien maakt een besluit voor Het Zwarte Schaar eenvoudig. Op de camping is er een mooie plek vlak aan het water. In de namiddag regent het een paar uur flink door.
Lange etappe van Doesburg naar Veessen
Om elf uur vaar ik op de IJssel. De afstand naar Veessen is een kilometer of zestig. Het is zaak om op te schieten, anders lukt deze afstand niet en wordt het net zoals vorig jaar Terwolde. De IJssel stroomt flink. Het is vrij zonnig en een graad of twintig. Zutphen ben ik al voorbij en het is tijd voor een lunchpauze. Er zijn op dit gedeelte van de IJssel opvallend weinig plaatsen om even aan de kant te gaan voor een stop. Geen strandjes en de oevers zijn over het algemeen versterkt met basaltblokken en stortsteen.
In de buurt van Gorssel is er een zandgat. Dit is een goede plaats voor een pauze. Na ruim een half uur ben ik weer op de IJssel. Om een uur of vier is de passage van Deventer. Terwolde is nog 6 km, en Veessen nog 17 km. De snelheid is er een beetje uit. Toch wordt het de camping in Veessen voor vanavond. Om een uur of zes ben ik bij de camping met een van de weinige strandjes langs de rivier. De nacht en de volgende dag zijn uitgesproken regenachtig. Er zit niets anders op dan hier nog een dag te blijven.
Niet naar Kampen maar de Wieden in
Om elf uur vertrek ik vanuit Veessen. De wind is fors; 4 Bft. Later ook 5 Bft met windvlagen van 6 Bft, uit noordwestelijke richting. Dit betekent dat de wind van opzij komt of schuin tegen staat. De golfslag valt mee en het blijft gelukkig zo goed als droog. De laatste tien kilometer naar Zwolle kano ik grotendeels aan de hogerwal, om te voorkomen op de stenen van de oever terecht te komen.
In feite was de planning om langs Zwolle door te varen naar Kampen. Van de voorspelde afnemende en een naar west tot zuidwest draaiende wind blijkt bij Zwolle nog geen sprake te zijn. Ik besluit om het bekende traject over het Zwarte Water te nemen, in plaats van tegen de krachtige wind door te varen naar Kampen.
Om vijf uur is de schut bij de Arembergse Sluis, de toegang tot de Wieden. De camping in Belt Schutsloot is een paar kilometer verder en ligt aan de Kleine Belterwijde.
Toegevoegde opmerking 2012:
Aanmelden bij een sluis is belangrijk. Dit is niet eenvoudig bij Sluis Driel. De intercom zit een aantal meters boven het water op de remmingwerken. Het is niet makkelijk de kajak goed vast te leggen en om vanuit de kajak naar boven, naar de intercom te klauteren. Een oplossing is om met de kajak achter de remmingwerken te varen en deze op een van de zandstroken neer te leggen en naar de intercom op de sluis te lopen.
In 2006 had ik me niet zoals vorig jaar aangemeld via de intercom bij de sluismeester. Bij het op groen zetten van de sluis kunnen er een paar binnenvaartschepen van ver aankomen, zoals dit jaar. Dit dan zelf signaleren is belangrijk en wachten is noodzakelijk. Maar dan nog kunnen er onverwachtse dingen gebeuren zoals sluisdeuren die dicht gaan. De sluis bij Driel is een grote sluis die net zoals bij veel andere grote sluizen opgedeeld is met sluisdeuren middenin de sluis. Bij het schutten van (enkele) kleinere schepen wordt daarbij veelal maar de helft van de sluis gebruikt. Bij de communicatie via de intercom zal dit dan door de sluismeester gemeld worden.
Stelregel is: altijd aanmelden bij een sluis op de grote rivieren.
_______________________________ © hn - 2013 _____________________________