Randmeren


De Randmeren vormen een belangrijke vaarroute voor pleziervaartuigen van het zuiden naar het noorden van Nederland en vice versa. Ze bieden met hun lengte van 80 km een aantrekkelijke verscheidenheid aan vaarwateren voor vaartochten. De aaneengeschakelde meren gelegen tussen "oud land” en "nieuw land” bieden met de aangrenzende campings, jachthavens en cultuurhistorische Zuiderzeestadjes een groot en afwisselend recreatiegebied bij uitstek. Het is zowel een prettig gebied om in enkele dagen door heen te varen als een gebied om langere tijd te verblijven.

De Randmeren worden gevormd door het Vossemeer, Drontermeer, Veluwemeer, Wolderwijd, Nuldernauw, Nijkerkernauw, Eemmeer en het Gooimeer. Vanuit het noorden gezien is de ligging van de Randmeren zuidzuidoost van de Ketelmond tot noordnoordwest bij de Hollandse brug bij Muiderberg. De totale afstand van de Ketelmond tot de Hollandse brug bedraagt ongeveer 80 kilometer. De breedte van het water verschilt aanzienlijk. Van enkele honderden meters op het Vossemeer, Drontermeer en het Nuldernauw tot ruim 4 km op het Wolderwijd en 3 km op het Gooimeer. Verder zijn er de versmallingen bij de twee sluizen, bij de verkeersbrug van Elburg en bij de twee grote verkeersbruggen aan beide zijden van het Gooimeer. Tevens is er het aquaduct en de brug bij Harderwijk. Over de hele lengte van de Randmeren loopt een vaargeul van ongeveer 100 meter breed. Kanoërs hebben het grote voordeel dat ze vrijwel overal kunnen varen.





Er is nauwelijks stroming in het gebied. De twee sluizen zorgen er voor voor dat op de Randmeren geen noemenswaardige waterstroming voorkomt. Met de wind ligt het anders. Deze kan een factor van betekenis zijn. Is de wind dusdanig sterk dat deze een beperking voor het varen betekent, dan is het mogelijk de vaartocht te onderbreken en te kiezen voor een van de aanmeerplaatsen aan de oever of op een van de recreatie-eilandjes. Gaat het om enkele dagen met minder gunstige weersomstandigheden dan kan altijd gekozen worden voor een route door Flevoland. Daar zal men minder last van de wind en de golfslag hebben. Zie ook het deel Aandachtspunten en Tips.

In dit deel is zowel het deel van een kajaktocht van zuid naar noord, als van noord naar zuid beschreven. Tevens is het gedeelte van een kajaktocht door Flevoland weergegeven.
De bevindingen tijdens de kajaktocht door Nederland in 2007 geven het belang van de Randmeren aan bij een vaartocht door Nederland.
Tijdens de voorbereiding van de kajaktocht door Nederland in 2007 was het noodzakelijk om een alternatieve route naar de noordelijke provincies uit te stippelen. De waterstanden in Rijn en IJssel stonden al meer dan een week een paar meter hoger dan gangbaar is in deze periode van het jaar. Het waterpeil bij de IJsselkop was gestegen tot ruim boven 10 meter NAP en de stuwen in Lek en Neder Rijn waren geopend. De verwachting was dat deze situatie nog wel enige tijd zou aanhouden. Een ongewenste situatie voor een eerste deel van de kajaktocht via Lek, Neder-Rijn en IJssel richting Zwolle.
De volgende alternatieve route is gevaren: Via de Vecht en de Randmeren in noordelijke richting en vervolgens stroomopwaarts over de IJssel naar Kampen. Aansluitend is door de Wieden en de Weerribben naar het Friese merengebied gevaren.


De volgende teksten worden weergeven:
* Over de Randmeren naar het Noorden van Nederland
* Over de Randmeren naar het Zuiden van Nederland
* Door de Flevopolder van Kampen naar Muiden


Over de Randmeren naar het Noorden van Nederland
Samengesteld op basis van tekstgedeelten uit het boekje:
Kajaktocht door Nederland 2007
Het Lauwersmeer als keerpunt




Van Mijnden naar Spakenburg
Op vrijdagochtend komt mijn vertrek maar moeizaam op gang. De ochtend is regenachtig en voor vandaag worden buien voorspeld. Later op de dag klaart het op. De windvoorspelling voor het open water bij Muiden en Huizen loopt inclusief de windvlagen tot en met 5 Bft. Toch maar vertrekken. De planning is Spakenburg, waar een jachthaven met kampeermogelijkheden is. De afstand is circa 55 km.

Om elf uur ben ik in druilerig weer op weg naar Muiden. Het schutten bij de Mijndense Sluis gaat vlot en daarna wordt gelijk een flink tempo ingezet om zo snel mogelijk in Muiden te zijn. Vlak voor de sluis is er nog een enorme plensbui. Even na vieren is de sluis gepasseerd. Het weer klaart op en bij het havenhoofd en later op het Muiderzand is er helder zicht naar Pampus en Almere.





Van de zuidwesten wind is op het Muiderzand weinig te merken. De Hollandse brug komt snel in zicht. Na deze brug gaat het richting Stichtse brug. Op het Gooimeer is wel sprake van een flinke wind, schuin achter. Verder op het Gooimeer staat een golfslag om rekening mee te houden. Een van de weinige boten zeilt op enkel de genua, en kruist op nog geen vijftig meter voor me langs, richting de haven van Huizen. Groeten is er tegenwoordig niet meer bij.





Van de Hollandse brug naar de Stichtse brug, het hele Gooimeer over, is een kilometer of vijftien. Na de Stichtse brug lijken de grote windmolens op de oever van het Eemmeer vlakbij. Na het recreatie-eiland wordt de vaargeul richting de Eem aangehouden, om vervolgens de zuidelijke zijde van het Eemmeer te volgen naar de jachthaven aan de noordwestkant van Spakenburg.

Nat pak
Circa half acht ben ik bij de ingang van de jachthaven. Er is een vrij hoge steiger waar men zich via een intercom kan melden bij de havenmeester. De steiger is niet ideaal voor kanoërs. Te hoog en, wat lastiger is, er zit geen lage zijkant aan. De steiger staat op palen die ver uit elkaar en iets naar achteren, onder de steiger staan."Met voorzichtig uitstappen en wat balanceren moet het toch wel lukken", is de gedachte. In een fractie van een seconde lig ik in het water en de kajak op z'n kop. Het is zo gebeurd blijkt wel. Ik draai de kajak om. Er zit flink wat water in de kuip; een geschatte hoeveelheid van 50 liter. Met het pompje worden de eerste liters uit de kuip gepompt. Via het achterdek van de kajak klim ik de steiger op. Liggend op de steiger is met het pompje nog net in de kuip van de kajak reiken. In een paar minuten is de kuip van de kajak leeggepompt. Mijn fototoestel heb ik al in veiligheid gebracht, in de hoop dat het echt "waterproof" is.

Bij een trailerhelling achterin de haven kan de kajak uit het water. Er is een kampeerplek op een grasveld aan de rand van de jachthaven. De tent is snel opgezet. Het fototoestel blijkt het gelukkig nog gewoon te doen.

Spakenburg het voormalige vissersdorp aan de Zuiderzee maakt op het ogenblik deel uit van de gemeente Bunschoten. De benaming Bunschoten-Spakenburg wordt ook regelmatig gebruikt. De tradities die verband houden met de visserij zijn in Spakenburg op een aantal plaatsen te ervaren.
Op zaterdag loop ik enkele uren door Spakenburg en kijk onder meer naar traditionele zeilschepen die hier gerestaureerd, maar ook nieuw gebouwd worden. Dit gebeurd op een "scheepswerf-zoals-vroeger", een soort "museum-in-bedrijf". In de havens liggen tientallen oude visserijschepen. Veelal zijn het houten zeilschepen. De markt op zaterdag geeft het oude Zuiderzeeplaatsje extra levendigheid.



Van Spakenburg naar Elburg

De zondag begint zonnig. Vanaf een klein strandje voor surfers en kleine zeilboten, behorend bij Watersportvereniging Spakenburg en grenzend aan de jachthaven vertrek ik om half elf. Er staat een matige zuidoostelijke wind. Deze staat het eerste stuk tot Nulde tegen. In het middengedeelte van het traject, over het Nuldernauw en het Wolderwijd schuin achter, om vervolgens bij Harderwijk op het Veluwemeer van opzij te komen.
Het heldere, zonnige weer zorgt voor aangenaam weer om te kanoën. In nog geen uur ben ik bij de Nijkerkersluis. Daar zit het tegen. Net te laat voor de schutting van deze kant en daarna nog eens een schutting overslaan omdat de drukte van de andere kant aanzienlijk groter is. Bij het uitvaren van de sluis liggen er nog tientallen pleziervaartuigen te wachten voor de sluis.



In het verlengde van het Nuldernauw wordt het Wolderwijd overgestoken richting het aquaduct bij Harderwijk. Dit gedeelte van de Randmeren is met circa vier kilometer het breedst. Ik neem een route vlak naast de betonde vaargeul. Deze vaargeul loopt midden over het Wolderwijd.

De lucht is inmiddels betrokken. Na het aquaduct blijkt de storing, gemeld in de weersvoorspelling op de radio, niet zo ver weg te zijn. Even later is er ook nog onweer in de verte te horen. Op het Veluwemeer zijn inmiddels maar weinig boten te bekennen in de namiddag. Het weekend is met het mindere weer eerder voorbij. Ik peddel aan de zuidoostelijke kant van het Veluwemeer en passeer twee recreatie-eilanden. Tegenover de eilandjes, op de oever van het Veluwemassief liggen enkele campings. De camping bij Elburg heeft vandaag mijn voorkeur. Even verder dus. De laatste zeven kilometer wordt de noordwestelijke oever gevolgd. Het onweer blijft in de verte en meer dan een paar spatten regen zijn er niet.
Aangekomen bij de camping van Elburg vaar ik direct naar de kampeerplaatsen aan het water. Er is voldoende ruimte. Bij het opzetten van het tentje begint het om een uur of acht flink door te regenen.


Stroomopwaarts naar Kampen
Na een extra dag in Elburg vertrek ik dinsdag tegen elf uur richting Kampen. Eerst is het 10 km naar de Roggebotsluis. Vandaar 8 km naar het Keteldiep, de toegang tot de IJssel.
De matige tot vrij krachtige, noordelijke tegenwind valt tot de sluis mee. De hoge begroeiing op de westelijke oever geeft nog enige beschutting. Na de sluis waait de wind onbelemmerd over het vaarwater en maakt lekker door peddelen niet mogelijk. De donkere wolken en de wind geven het Ketelmeer een donkergrijze aanblik.

De stroming is de eerste kilometers op het Keteldiep, tot de aftakking van het Kattediep, niet zo sterk. Ten noorden van het Kattediep, ongeveer 5 km na het Ketelmeer, wordt de stroming aanzienlijk. De enkele pleziervaartuigen varen op de motor traag tegen de stroom in, richting Kampen. De hoge waterstand van de IJssel heeft duidelijk gevolgen. De effecten zijn tot in het Ketelmeer te merken.





Na het passeren van de Eilandbrug ga ik bij het enigste zichtbare strandje aan de kant om wat te eten en te drinken. Het regenachtige weer geeft de IJssel een sombere aanblik en maakt mezelf niet vrolijk.

Na de pauze, varend op de IJssel zijn er een paar flinke plensbuien. In de buien zakt de temperatuur nog een paar graden extra. Gelukkig is van de vrij krachtige wind van een paar uur geleden hier niet veel te merken. De tegenstroom is bij Kampen toch wel zo'n 3 km/h.
Een paar honderd meter voor de Nieuwe IJsselbrug is in de noordwestelijke oever, via de Ganzensluis de toegang tot het Ganzendiep. De sluiswachter vertelt me precies hoe ik met de kajak bij de camping kan komen. Het is vlakbij. Nog geen honderd meter na de sluis is op de westelijke oever een trailerhelling waar kleine boten uit het water gehaald kunnen worden. De camping zelf ligt minder dan honderd meter van de waterkant.


Over de Randmeren naar het Zuiden van Nederland
Samengesteld op basis van tekstgedeelten uit het boekje:

Kajaktocht door Nederland 2006
1000 km en dagtochten in het Friese merengebied


Op het laatste gedeelte van de kajaktocht over de Randmeren is de windsterkte aanzienlijk. De golven worden hoger. Op het Eemmeer staat de wind schuin van achter, op het Gooimeer komt de wind van voren en is in kracht verder toegenomen. Het plan om onder de Hollandse brug door te varen naar de camping bij Almere komt op losse schroeven te staan. Een buienfront is dichtbij. De windstoten zijn al aanwezig. De noodoplossing is gevonden door een nacht te overnachten op het eilandje De Schelp. Een recreatie-eilandje op het Gooimeer niet ver van Naarden. De volgende ochtend is het prima weer om over het Muiderzand naar Muiden te kanoën.


Door de Weerribben en de Wieden naar de Randmeren
Na een extra dag in Ossenzijl te hebben gekampeerd wordt de tocht vervolgd naar de Wieden, naar Belt Schutsloot. Dit keer peddel ik aan de de buitenkant van de Weerribben over de Hamsgracht. Daarna over de Heuvengracht en de Wetering naar het Giethoornse Meer. Vooral de Hamsgracht is zeer mooi vaarwater, waar grotere boten niet op kunnen varen. Na het Giethoornse Meer wordt de Beulaker Wijde en de Belter Wijde overgestoken naar de Arembergse Gracht. Een extra dag in Belt Schutsloot gebruik ik onder meer om een gedetailleerde planning van de terugreis te maken. De volgende dag wil ik proberen om tot Elburg te komen.

Belt Schutsloot - Elburg
Om half elf vertrek ik naar Zwartsluis. Op het Zwarte Water gaat de tocht langs Genemuiden om na deze plaats bakboord-uit te varen over het Scheepvaartgat, langs het Zwarte Meer. En daarna verder over de Goot en het Ganzendiep naar de Ganzensluis. Dit sluisje bij Kampen wordt ook wel "het Drupsluisje" genoemd vanwege de sluisdeuren die verticaal opgetrokken worden en dan nog water druppen als de sluis in- of uitgevaren wordt. Door de waterdruppels heen is nu Kampen aan de overzijde van de IJssel te zien.



Vanaf Kampen gaat de tocht stroomafwaarts over IJssel en Keteldiep om bij de Ketelmond direct de Randmeren op te varen. Dan is het nog circa 17 km naar Elburg. Ongeveer halverwege dit traject ligt de Roggebotsluis. De schutting bij deze sluis verloopt vlot. Van de tegenwind die aan het begin van de dag nog vrij krachtig uit zuidwestelijke richting waaide, is inmiddels weinig meer te merken. In de windluwte door de bomen in de Flevopolder, staat er op het Vossemeer en het Drontermeer weinig wind. Met een ondergaande zon wordt de camping in Elburg bereikt.







Dagetappe Elburg - Zeewolde

Vanaf Elburg naar Harderwijk staat op het Veluwemeer een vrij krachtige wind uit zuidoostelijke richting. Deze staat eerst schuin tegen. Na de geleidelijke bocht in het meer, komt de wind schuin van achter. Bij Harderwijk hebben de golven een aanzienlijke omvang.

Net zoals het Drontermeer is het Veluwemeer een prachtig meer om op te kanoën. Vanaf Elburg zijn grote stukken buiten de vaargeul niet meer dan een meter diep. Hier en daar komt vegetatie boven het water uit. Met de kajak is de diepte van dit vaarwater veelal geen enkel probleem. Slechts op een enkele plaats is de waterdiepte voor een kajak te beperkt.
Verder naar Harderwijk toe, verbreedt het meer zich en neemt de diepte toe over meer dan de helft van de breedte van het meer. Op het recreatie-eiland De Ral is het tijd voor een lunchpauze. Er liggen verspreid over de Randmeren een aantal recreatie-eilanden met aanmeerplaatsen voor pleziervaartuigen. Op De Ral is overnachten met een tent toegestaan.



Na het smalle aquaduct bij Harderwijk is er eerst nog een kilometer of twee in de vaargeul op vrij beschut water, om vervolgens het Wolderwijd op te varen. Dit is een meer van aanzienlijke omvang. Ik neem een rechte route in zuid-zuidwestelijke richting om bij de toegang tot watersportcentrum Strand Horst uit te kunnen komen. De wind is vrij krachtig en komt schuin van voren. Het is ruim 5 km naar Strand Horst en het kost toch wel enige moeite om tegen de wind en de golven in te komen.

Dichter bij Horst is de diepte van het water niet meer dan een meter. De kitesurfers die dichter bij de wal aan het surfen zijn, staan in het ondiepe water het goede moment af te wachten om op het bord te stappen.
Bij Strand Horst wordt het Nuldernauw schuin overgestoken naar de camping die ten zuiden van Zeewolde ligt. De camping heeft een strand aan het Nuldernauw en kampeerplaatsen aan het water.

Buienfront vanuit het zuidwesten tijdens de volgende dagetappe
De weersverwachting is voor vrijdag 22 september een matige tot vrij krachtige wind, uit richtingen tussen zuidoost en zuid, en vrij zonnig met temperaturen van 20-25°C. Aan de kust komt in de middag vanuit het zuidwesten een buienfront het land binnen, met aan de kust kans op onweer en windvlagen.





Bij het vertrek uit Zeewolde in de loop van de ochtend, staat er een flinke wind, waar de eerste 5 km op het Nuldernauw tegenin gepeddeld moet worden. Het vaarwater loopt hier vrijwel noord-zuid, Na Nulde is er een scherpe bocht, waarna het vaarwater in westelijke richting loopt. Na die hoek had ik verwacht de wind schuin achterop te krijgen, maar dat blijkt niet het geval te zijn. De wind komt van opzij en geeft soms de indruk dat ik er nog steeds tegenin moet peddelen. Ook na de Nijkerkersluis, in het Nijkerkernauw is dit het geval.

Na de bocht bij Bunschoten-Spakenburg komt de wind pas schuin van achteren. Bij de verbreding van het Eemmeer staan de hogere golven aan hogerwal, aan de noordzijde van de vaargeul De golven staan flink door en rollen af en toe over het achterdek heen.

Na het passeren van de Stichtse brug zijn de eerste paar kilometer op het Gooimeer vrij rustig; minder wind en minder golven. Ik blijf aan de kant van Huizen. Tot de eerste havenmond van Huizen is er niet veel aan de hand. Na de tweede havenmond is er een duidelijke bocht in het vaarwater van noordwest naar westzuidwest. De beschutting van de bewoningskernen Bussum en Huizen en meer in algemeen van het bosrijke en hoger gelegen Gooi blijkt hier zo goed als verdwenen. De wind is gedraaid en komt uit westelijke richtingen. Bovendien zitten er enorme windvlagen bij. De golfslag neemt toe. De lucht in het westen is betrokken. Het buienfront uit de weersvoorspellingen zit heel dichtbij. Het wordt snel minder druk op het water. Van de talrijke zeilboten op het Gooimeer een uur geleden zijn de meeste verdwenen.

Het plan om naar de camping van Almeerderzand te kanoën komt op losse schroeven te staan. Vooral het stuk bij de brug en vervolgens naar Almeerderzand geeft waarschijnlijk problemen. "Terug naar Huizen "? Ik besluit om in ieder geval aan de hogerwal te blijven varen en dichter naar de kant te gaan. Even voor Oud-Valkenveen ga ik eerst naar de walkant om wat te eten en te drinken. En water uit de kuip te halen. Water dat er de afgelopen uren langzamerhand ingesijpeld is. Tevens zet ik het spatzeil wat strakker. De windvlagen houden aan, het zicht wordt minder en een fikse regenbui zou niet verbazen. Als er dan nog onweer bij zit is het helemaal weer om op de wal te zijn. Bij het recreatie-eilandje De Schelp zie ik een paar boten "in het eilandje verdwijnen". "Daar ga ik eerst een kijkje nemen", is de gedachte welke gelijk wordt uitgevoerd.

Het wordt een redelijk kampeerplekje op een recreatie-eilandje De Schelp dat naast de aanmeerplaatsen geen verdere voorzieningen heeft. Er liggen enkele motorboten aangemeerd. De boten blijven er de nacht liggen. In de avond is er nog wat lichte regen, maar het buienfront zet niet door.

De volgende dag begint met bewolkt maar bladstil weer. Prima weer om eerst onder de Hollandse brug door te peddelen om vervolgens bakboord aan te houden en over het Muiderzand naar Muiden te kanoën.





Door de Flevopolder van Kampen naar Muiden
Samengesteld op basis van tekstgedeelten uit het boekje:
Kajaktocht door Nederland 2007
Het Lauwersmeer als keerpunt

Vaarroutes door de Flevopolder zijn een bruikbaar alternatief voor de Randmeren. Ze zijn zonder meer gunstig bij een (te) krachtige wind op de Randmeren. In het onderstaande gedeelte is de route door Flevoland van Ketelhaven naar Almere-Haven beschreven. Aansluitend is de de dagetappe Almere - Mijnden beschreven.

Van de Wieden naar Dronten in de Flevopolder
Na een verregende maandag is het plan dinsdags vroeg te vertrekken en vanuit Belt Schutsloot in de Wieden naar Dronten te kanoën. De uitvoering van het plan hangt vooral van de windsterkte af. De voorspelling is een in de loop van de dag aantrekkende wind. De opzet is om in ieder geval naar Kampen te peddelen en onderweg te bekijken of doorvaren naar Dronten verstandig is.

Bij de Arembergersluis is er een oponthoud. De lichten staan op dubbel rood. Dat is opmerkelijk om tien uur in de ochtend. Onderhoudsmonteurs zijn druk bezig om het bedieningsmechanisme van een schuif in een sluisdeur te vervangen. Inmiddels liggen er ook twee motorboten voor de sluis te wachten. De klus is nog niet klaar, maar de monteurs hebben na anderhalf uur een tussenoplossing. De schuif wordt handmatig bediend. En de sluiswachter handelt verder alles af zoals anders.

Rond twaalf uur ben ik op het Zwarte Water en kano de route van een week of vier geleden, maar nu in tegengestelde richting. Ook vandaag is het zonnig. Belangrijk verschil is de wind. Op de vaargeul aan de zijkant van het Zwarte Meer, het Scheepvaartgat, staat de vrij krachtige noordwestelijke wind over het Zwarte Meer, dwars op de smalle vaargeul. Er staan lastige golven. Op het traject daarna, over de Goot en het Ganzendiep komt de wind al naar gelang de vaarrichting schuin van achteren tot schuin van voren. De wind neemt in kracht toe.

Bij de Ganzensluis in Kampen verstuur ik voor de nodige informatie een Sms-bericht voor de windvoorspelling bij Ketelhaven. De windvoorspelling geeft uitschieters tot 30 knopen. Dit is een windsterkte van 7 Bft. Hier blijven en kamperen op de camping bij de Ganzensluis is het beste.

De volgende ochtend is het vertrek vroeg vanwege een voorspelde toenemende wind uit de zuidwesthoek. Het verkrijgen van de precieze informatie voor de windsterkte via de Sms-berichten lukt niet. Normaal heb ik binnen hooguit twee minuten antwoord. Nu komt er geen antwoord. Opmerkelijk! Een aantal malen herhaal ik hetzelfde bericht in de veronderstelling dat er mogelijk iets fout gaat bij het versturen. Maar vanochtend geen Sms-bericht terug. Deze keer dan maar zonder Sms-windvoorspelling en snel vertrekken.

Na de Ganzensluis, start de tocht met de stroom mee de IJssel af, naar het Ketelmeer. Het is rustig op het water. Er is weinig scheepvaart en de wind valt mee. Op het Ketelmeer, richting Ketelhaven is de tegenstaande wind aanzienlijk. De wind vormt echter geen probleem. De afstand naar de grote sluis is nog geen anderhalve kilometer.





De Ketelsluis is indrukwekkend. In nog geen 15 minuten gaat het waterpeil vele meters omlaag, om op hetzelfde niveau te komen als het water van de Hoge Vaart in de Flevopolder. Na deze sluis moet in de Flevopolder een kilometer verderop nog een sluis gepasseerd worden. Met deze sluis komt men van de Hoge Vaart in de Lage Vaart. Deze laatste loopt via de noordwestelijke kant van de polder via Dronten en Lelystad naar Almere.






De in totaal acht kilometer naar de camping bij Dronten wordt afgelegd pal tegen een inmiddels krachtig geworden wind in. De vrij rechte vaart met vooral riet aan beide zijkanten geeft geen beschutting. Bij Dronten is er meer beschutting. Na het centrale deel van de stad wordt de vaart omgeven door huizenhoge bomen. Bij kilometerpaal nummer38 is enigszins onverwachts in de zuidelijke oever een vaartje dat direct naar de camping leidt.

Het is nog vroeg in de middag. Uit de wind en in de zon zijn de weersomstandigheden aangenaam. De enorme boom waar het tentje twintig meter vandaan staat, maakt bovenin de kruin enorme zwiepers.
Op de mobiele telefoon zijn vandaag maar liefst vier windvoorspellingen binnengekomen. Vier precies dezelfde berichten. De Sms-berichten zijn vanmorgen toch verstuurd en beantwoord. Alleen niet zo snel als binnen de gebruikelijke twee minuten.

Strakke tochtplanning voor de laatste drie etappes
Naar het weekend toe worden de weersomstandigheden beter. Morgen, donderdag, staat er nog een 6-7 Bft uit zuidwestelijke richting. Dat is geen weer om te vertrekken. In de dagen daarop neemt de wind af. Na het weekend wordt het weer minder gunstig met een voorspelling van regenbuien en veel wind. De vraag is of het traject Dronten-Gorinchem in drie dagen af te leggen is; totaal ruim 150 km en zes sluizen op de laatste dag! Het moet wel te doen zijn, is mijn inschatting. Op donderdag maak ik een strakke tochtplanning voor de laatste drie dagen van de tocht. Daarnaast wordt de nodige proviand voor onderweg gekocht. De resterende tijd breng ik door in de bibliotheek van Dronten en in het café-restaurant met recreatiezaal op de camping.

Vrijdag: Dronten - Almere
Vandaag staat het gedeelte naar Almere op het programma. De eerste achtendertig kilometer van de route is éénvoudig; de Lage Vaart afvaren naar de Vaartsluis in Almere. Het knelpunt voor vandaag zit hem vooral in het vinden van een overnachtingsplaats na de Vaartsluis.

Het vertrek is even na tien uur. Tot Lelystad loopt de vaart in westelijke richting en is omgeven door een dichte en hoge begroeiing en/of rietvegetatie aan de walkant. Dit geeft beschutting. Het is een aantrekkelijk gedeelte van de Lage Vaart. Daarna buigt de vaart bij Lelystad in zuidwestelijke richting af. Nu staat er een wind van 5-6 Bft pal tegen, op het meer open vaarwater. Er tegenin peddelen gaat niet zo snel.





Na kilometerpaal 18 bevindt zich de Lage Keersluis, een waterwerk met twee grote rode verticale sluisdeuren. De keersluis is op de rechte vaart al van veraf te zien. Vlak na de keersluis stop ik voor een lunchpauze.
Na de sluis komt één van de mooiere gedeelten van de Lage Vaart, met aan beide zijden een dicht bos met grote bomen, die deels over het water hangen. Na ruim twee kilometer is dit ruige gedeelte voorbij en komt een open landschap naar voren, waarbij aan de horizon de grotere bouwwerken van Almere te zien zijn. Op de zuidoostelijke oever heeft de rij hoogspanningsmasten zich inmiddels verdubbeld.

Bij kilometerpaal 8 verschijnen de eerste woningen van Almere Buiten op de noordwestelijke walkant. Na kilometerpaal 6 buigt de Lage Vaart langzaam in noordwestelijke richting, om een aantal kilometers verderop bij de Vaartsluis uit te komen.



Na deze sluis wordt in zuidoostelijke richting "teruggevaren" over de Hoge Vaart naar Almere-Stad en vervolgens over de Lange Wetering naar Almere-Haven. Dit traject tot de sluis heeft een lengte van ongeveer 12 kilometer en loopt grotendeels tussen woonwijken door, die door vele bruggen met elkaar verbonden zijn.

In de Almeerder Hout, aan het begin van de Lange Wetering, kom ik om een uur of half zeven aan bij aanmeerplaatsen voor pleziervaartuigen. Op een grasveld bij de trailerhelling zet ik mijn tentje op, om 's morgens bij het ochtendgloren in de ochtendmist weer te vertrekken richting het Gooimeer.

Zaterdag: Almere-Haven - Mijnden
Na een vroeg vertrek start de tocht over de Lange Wetering, een natuurlijk ogend en afwisselend vaarwater. Het vaartje loopt naar Almere-Haven. Om een uur of negen arriveer ik bij de sluis naar het Gooimeer. De enkele sluisdeur is hoog en smal en uitsluitend bestemd voor niet te grote pleziervaartuigen. In de sluis gaat het waterpeil een flink aantal meters omhoog om op hetzelfde waterniveau als het Gooimeer te komen.

Op het Gooimeer is de ochtendnevel nog niet verdwenen. Het zicht is wel voldoende en reikt enkele kilometers ver. Langs de boeien van de vaargeul kano ik naar de Hollandse brug. De kortgeleden ingestelde veerdienst is ook op zaterdag in bedrijf. Een veerpont vaart heen en weer vlak bij de brug. Een tweede veerpont ligt aan de walkant. Tijdens het weekend zijn een groot aantal zeilboten op weg naar ruim zeilwater. De meeste varen op de motor richting het IJ.

Vanaf de Hollandse brug wordt dezelfde route gevolgd als een week of vijf geleden, maar nu in tegengestelde richting. In Muiden wordt via de sluis naar de Vecht geschut. De tocht wordt vervolgd via de Vecht richting Utrecht.
Ook op de Vecht is het weekend duidelijk merkbaar. Regelmatig varen pleziervaar-tuigen voorbij. Bij Watersportvereniging Weesp wordt in een zeilklasse voor de jeugd een zeilwedstrijd gehouden. Op een wat breder gedeelte van de Vecht varen de kleine zeilbootjes met fel gekleurde zeiltjes een parcours tussen een aantal neergelegde boeien.

Nog voor Nigtevecht is het tijd voor een lunchpauze. Op een plek die kenmerkend is voor het Vechtlandschap - een doorlopende brede bocht met lage uiterwaarden in de binnenbocht en gerestaureerde restanten van een fortificatie met hoge bomen aan de overzijde.





Na een flink stuk peddelen is er bij de sluis van Mijnden net de onderbreking van de bediening van de sluis. Van 16.30 - 17.30 uur is er pauze. Even wachten dus. Omdat er om vijf uur al flink wat bootjes liggen te wachten, begint de sluiswachter wat eerder met de bediening. Voor zes uur ben ik bij de jachthaven en zet het tentje op de grasstrook aan de rand van de jachthaven.

Zie voor het aansluitende traject door de stad Utrecht de pagina - Overige trajecten

Aanvullende opmerkingen 2012
Bij het vermelde gebrek aan een camping in Almere, is de camping gelegen in het recreatiegebied het Weerwater over het hoofd gezien. Deze camping is onder meer te bereiken door op de Lange Wetering in de omgeving van "het kasteel” rechtsaf te slaan. Er dient op de route een zelfbedieningssluisje gepasseerd te worden. De afstand van de Lange Wetering naar de camping is enkele kilometers.

De in de tekst vermelde veerponten in de omgeving van de Hollandse brug was een tijdelijke veerdienst in verband met reparatiewerkzaamheden aan de Hollandse brug.



_______________________________ © hn - 2013 _____________________________